De Bezige Bij

De boom waarnaar ze stenen gooien

Guy Poppe heeft de historische gebeurtenissen in Congo van nabij gevolgd, tot aan Joseph Kabila?s eedaflegging als radiojournalist en daarna als gepassioneerde getuige. Zijn dagboek geeft een uniek beeld van de getormenteerde periode die Congo het voorbije lange decennium meegemaakt heeft. September 1996. Een minderheidsgroep in de bergen van Oost- Zaïre komt in opstand tegen het centrale gezag. Niemand heeft door dat die actie van de Banyamulenge op korte tijd een aardverschuiving teweeg zal brengen. Binnen het jaar is dictator Mobutu afgezet, dood en begraven, en verrijst guerrillaleider Laurent Kabila als een feniks uit zijn as. In wat opnieuw Congo heet, breekt de eerste Afrikaanse wereldoorlog uit. Bijna zes jaar duurt hij en in feite nog langer. Miljoenen doden later, in 2006, verkiezen de Congolezen voor het eerst sinds de onafhankelijkheid, na 46 jaar, hun president: Joseph Kabila, de zoon van de ondertussen vermoorde Laurent Kabila. Tot op vandaag blijft Congo instabiel, ten prooi aan corruptie en geregeld oplaaiende gewapende conflicten, een wingewest voor begerige buurlanden die op zijn rijkdommen uit zijn en nietsontziende Chinezen, voor wie alles wijkt in de bevoorrading van hun boomende economie. In De boom waarnaar ze stenen gooien is een journalist aan het woord die trouw blijft aan de waarheid. Zelden is het verhaal van het hedendaagse Congo zo helder, zo indringend beschreven.

Mobiele versie afsluiten