‘In een dromerige, geestige en associatieve stijl reist Katja Petrowskaja terug naar de tijd van haar joodse ouders en (over)grootouders. Een indrukwekkend familierelaas met tragische leemten.’ – NRC Handelsblad *****
‘Dit debuut bevat niet alleen prachtige familieverhalen, Petrowskaja maakt er ook echte literatuur van.’ – Trouw
'Ook daarom overstijgt de exercitie in Misschien Esther het persoonlijke: het getuigt van de noodzakelijkheid van herinneren, het laat zien dat herinneren zelfconstructie is. Taal speelt daarbij een cruciale rol. Met het verdwijnen van het Jiddisch verdwijnen ook herinneringen. In het Pools hebben woorden een andere lading dan in het Russisch of het Duits. Petrowskaja kiest haar stijl dan ook treffend: ze schrijft associatief, waardoor er motieven ontstaan die de snippers alsnog verwantschap geven, en haar zinnen zijn vaak erg lang, alsof ze met haar taal de gaten wil toedekken.' - De Volkskrant****
‘Zelden is een onderzoek naar een familiegeschiedenis zo spannend en ontroerend opgeschreven. Dit is grote literatuur.’ – Der Spiegel
‘ Misschien Esther is een godsgeschenk voor de literatuur.’ – Frankfurter Allgemeine Zeitung
‘De Duitse literatuur heeft er een intelligente, flamboyante en zeer oorspronkelijke stem bij.’ – Die Zeit
'Katja Petrowskaja sloeg met schaarse middelen de vonken uit de straatstenen van Oost-Europa. Springerig, associatief. (...) Een grootse ode aan een paar 'nietige' verdwenen mensen. Goede mensen.' - Nederlands Dagblad
'De schrijfster maakte van haar onafgemaakte familiegeschiedenis een meeslepende roman.' - Nouveau
'Wat opvalt zijn de losse toon, de trefzekere details en de grote spanwijdte van de vertelling. (...) De afgelopen jaren verschenen erin Duitsland meer knappe romans met familiegeschiedenissen, zoals Uwe Tellkamps Der Turm en Eugen Ruge's In Zeiten des abnehmenden Lichts. Bij Petrowskaja is de verteltrant minder episch en persoonlijker; ook de vorm is eigentijdser. Misschien Esther is als de trein die de schrijfster aan het begin van het boek van Berlijn naar Warschau brengt, de trein 'die er als een volbloedpaard uitziet zoals hij daar opduikt uit de mist, een exprestrein die zich wel aan het spoorboekje houdt, maar tegen de tijd in beweegt'. In die reis naar het verleden laat Petrowskaja ook de kracht van de verbeelding zien.' - De Groene Amsterdammer