De Bezige Bij

Zwarte bladeren

Spannende en opzienbarende roman over twee verdwijningszaken die meer met elkaar te maken hebben dan op het eerste gezicht lijkt.

De Pools-Joodse Julia studeert fotografie in Brussel, kort voor de Tweede Wereldoorlog. Door de lens van haar professionele camera is ze getuige van de turbulente gebeurtenissen die Europa in de jaren veertig in een vernietigende maalstroom storten. Zo vereeuwigt ze de grootste naoorlogse pogrom, waarbij in de Poolse stad Kielce 42 Joden omkwamen. De dag ervoor was de kleine Henio vermist geraakt en de massa geloofde dat de jongen door Joden was vermoord.
Vijfenzestig jaar later stelt Weronika, historica aan de Universiteit van Kielce, tot haar ontsteltenis vast dat haar tienjarige dochter spoorloos verdwenen is. Net als bij de vermissingszaak van destijds worden de stadsbewoners meegesleurd in een mengeling van complottheorieën, haat, angst en mediahysterie. Voor Weronika zelf leidt de verdwijning ertoe dat pijnlijke feiten uit haar liefdesleven en familiegeschiedenis opnieuw worden blootgelegd.

Warschau lag op zijn rug. De hoofdstad was slechts een schim van zijn oude zelf, en het leek alsof de heropbouw een hele eeuw zou vergen. Wat moesten ze beginnen met die tonnen puin waaronder de ratten liepen? De geur van de stad was ondraaglijk. Julia fotografeerde de werkers terwijl ze het lichaam van een vrouw opgroeven.

Mobiele versie afsluiten